Welkom in de wereld van Hans Minkes. Een zeer getalenteerde ondernemer op het gebied van het excentrieke en het absurde. We leerden elkaar kennen tijdens een feestje met het thema Twins. Ik gekleed in een glittertruitje met passende skibril, hij in net overhemd en een mand onder zijn arm. “What’s in the basket?” Hans beantwoordde deze standaard vraag met een vriendelijke glimlach en een knipoog. Later op de avond kreeg ik de hint om Basket Case op te zoeken. Het bleek een film naar mijn wansmaak minnende hart te zijn.
Nu, zo’n drie jaar later bezoek ik hem in zijn mancave in Beijum. We spreken over zijn oude winkeltje Barbarella, zijn filmmagazine WOOF! en voornamelijk over passie hebben voor je vak. Hans is in mijn ogen een van de meest inspirerende mensen op het gebied van cultureel ondernemen. Niet voor het geld, maar voor het hart.
Schatkamer
Hij glimlacht wanneer hij de kinderlijke verbazing op mijn gezicht ziet bij het betreden van zijn schatkamer. Een klein kamertje waar een gouden gloed straalt. Niet door edele metalen, maar door de gele covers van de honderden videobanden die netjes naast elkaar op planken liggen. Planken die tot aan het plafond reiken. Op de paar plekken muur waar geen films zijn uitgestald, pronken posters variërend van oude griezelfilms tot Nederlandse pornografie uit de jaren 70. Wat ooit begon met de films Monstroid en Psycho from Texas is uitgegroeid tot een onverzadigbare passie voor het absurde op videocassette.
“Ik heb ze helaas nog niet allemaal gezien”, biecht Hans me op. “ Dat is wel een frustratie.” Naast een oude videospeler en een betamax recorder staat een stapeltje van zo’n twintig videocassettes. Dit is zijn must-watch-lijstje. “Hier ga ik over schrijven in de komende edities van WOOF!” Hij pakt er eentje uit de stapel. “Deze heb ik dan net gekeken. Een simpele porno.” Bij de cassette die er onder ligt, lichten zijn ogen op. “Deze is heel tof.”Hot Carumba staat er op de voorkant boven een foto van Mexicaanse kleipoppetjes.
“Ik ben voornamelijk aan het doen wat ik echt heel leuk vind.”
Expert
“Hot Carumba is echt idioterie”, lacht Hans. “Het gaat over een Engelse band die naar Las Vegas gaat en tussendoor alleen maar aan het zuipen is en rare dingen doet.” Een documentaire? “Nee, ze zijn echt de studio in gedoken en hebben naast het slechte acteerwerk ook kleimodelletjes gebruikt. De muziek is een soort van mix tussen Dick Dale en Sonic Youth. Lekker vuig. Het is opgenomen in Toe Rag Studios, waar ook het album Elephant van de White Stripes is gemaakt. Allemaal analoog.”
Het is een genot om naar Hans te luisteren. Hij kan je alles vertellen over de props die in een bepaalde film gebruikt zijn. Over de artistieke visie van een regisseur die Nederlandstalige porno maakt. Over een subgenre binnen een subgenre waarin de cast de hele film zonder functie op rolschaatsten rond rijdt. Vanuit zijn bordeauxrode retro stoel ligt alles in zijn kamertje binnen handbereik. Zijn passie is allang voorbij het punt van hobbyisme. Het is pure expertise. Iets wat ook duidelijk naar voren komt op de manier waarop hij zijn stukken in WOOF! schrijft. Een ondernemer vindt hij zichzelf echter niet.
“Als je eenmaal een idee hebt wat je wilt doen, doe het gewoon en ga niet eindeloos vooruit plannen.”
Barbarella
“Ik weet niet of ik een prototype ondernemer ben. Ik ben voornamelijk aan het doen wat ik echt heel leuk vind.” Na zijn studie Kunstgeschiedenis in Groningen besloot Hans niet te wachten tot er een baan miraculeus op zijn pad zou verschijnen. Hij vatte samen met zijn vrouw Anne de spreekwoordelijke stier bij de hoorns en opende Barbarella.
Barbarella was een plek die niet anders te beschrijven valt dan het meest betoverende winkeltje van Groningen. Daar waar alles te vinden was waarvoor je een excentriekeling wakker kunt maken. Van kunst gemaakt door lokale artiesten en mappen met de meest absurde filmposters, tot sleazy dvd’s. De kledingverhuur, wat de passie van zijn vrouw is, bestond uit een onvoorstelbaar assortiment aan gekke pakjes en sprookjesachtige kostuums. Je had erbij moeten zijn, want Barbarella sloot haar deuren in 2012.
“Dat was een mooie tijd”, herinnert Hans zich. “In de winkel moest ik wel commerciëler denken. Ik kon er niet de meest rare films neerleggen, hoewel er echt wel pareltjes tussen zaten. Ook de kunst aan de muur ging ver, maar ik heb echt weleens dingen geweigerd.” Echt een vetpot was het niet, vertelt hij. “Je moet je niet vergissen, ik werkte toen gewoon 32 uur in de week bij een callcenter. Wat we met Barbarella verdienden was leuk, maar zeker niet genoeg.”
“Ik was opzoek naar een nieuwe uitdaging. Een uitlaatklep naast mijn werk.”
WOOF!
Na de sluiting van de winkel was het een tijdje stil. “Ik was opzoek naar een nieuwe uitdaging. Een uitlaatklep naast mijn werk.” Het filmmagazine WOOF! is het uiteindelijke resultaat van die zoektocht. Hans schrijft wat hij wil, wanneer hij het wil en voor een handjevol liefhebbers. “Ik vind het heerlijk.”Een jaar geleden verscheen de eerste editie. Het logo bestaande uit een klein hondje dat de naam van het magazine uitkotst, spreekt al boekdelen.
Als hoofdredacteur en mastermind geeft Hans graag anderen de kans om een bijdrage te leveren. De onderwerpen in WOOF! variëren daarom van zijn eigen filmrecensies tot gastrecensies en columns, zoals die van de Friese pornokoning Erik Zijlstra. De lay-out laat hij door verschillende talentvolle vormgevers doen, zoals Jasper Staal (eerste editie) en Erwin Zantinga (tweede editie). De illustraties in WOOF! worden door een groepje geïnspireerde kunstenaars gemaakt. Hij lacht wanneer ik hem confronteer met het ondernemende karakter van zijn werk. Hoezo geen ondernemer? Je bent een ware manager! “Ja, nu we het er zo over hebben.”
Cinema Sewer
Is WOOF! een helemaal zelfbedacht concept? Niet helemaal. “Het is mijn eigen variant van Cinema Sewer, het tijdschrift van de Canadees Robin Bougie”, zegt Hans. Weet Robin Bougie hiervan? “Uiteraard heb ik Robin Bougie gemaild dat ik van plan was met WOOF! te beginnen. Hij heeft me zijn zegen gegeven.” WOOF! is wel anders dan Cinema Sewer. “Bougie’s blad is voornamelijk porno gericht en die man schrijft en tekent alles zelf met de hand.” WOOF! is zeker niet enkel porno gefixeerd. Je kunt er van alles lezen. De mooiste rubriek is misschien wel “What ever Lola wants”. Hans laat hiervoor zijn dochtertje in zijn schatkamer rondlopen. Hij schrijft een recensie over de eerste film die ze uit de kast pakt. Komende WOOF! kunnen we Ghoulies 2 verwachten.
“Echt een kut film”, grijnst Hans. “Ze had bijna Raw Head Rex te pakken. Dat is een film die ik nog heel graag wil zien, maar helaas. Hij haalt zijn schouders op: “What ever Lola wants.”
We verlaten de mancave, maar voordat we gaan is het tijd voor de drie gouden tips. Hij haalt zijn hand over zijn gezicht met een zucht. “Ik vind dit moeilijk, man. Vooruit dan maar.”
Drie gouden tips:
1. Zorg dat er hoe dan ook brood op de plank komt. “Ik doe wat ik leuk vind, maar werk er ook gewoon naast.”
2. Denk niet te lang na. “Als je eenmaal een idee hebt wat je wilt doen, doe het gewoon en ga niet eindeloos vooruit plannen.”
3. Brain Damage. “Als ik één film aan mensen mag aanraden dan is het Brain Damage.
Alles zit er in wat een film voor mij goed maakt. Zoek ‘m maar op.”
Foto’s door: Jasper Bolderdijk
Wil je WOOF! bestellen? Mail naar: woofmagazine@hotmail.com. €4,- (excl. verzendkosten).