Het begon vijf jaar geleden als een grapje, zoals wel meer mooie dingen. Een podium met wat bandjes langs het Damsterdiep.
De locatie was op dat moment nog een grote bouwput en de ondernemers die er een zaak hadden, konden wel wat reuring gebruiken. Inmiddels zijn we vijf jaar en twee kades verder. Aankomend weekend viert Kadepop haar eerste lustrum op het voormalige Suikerunieterrein aan de Hoendiepskade. Als het aan initiatiefnemer Willem Straat ligt, is dit de plek waar het festival zich over tien jaar nog afspeelt.
Vijfduizend bezoekers verwachten ze dit weekend en de voorbereidingen zijn in volle gang. Manitou’s rijden voorbij, verderop wordt het botsautopodium in elkaar gezet en binnen in de fabriek rollen ze het bühne uit waar De Staat zaterdag speelt. Ondertussen komt de rugbyclub in tenue ook nog een fotoshoot doen op het terrein.
Straat: “We zijn nu wel even klaar met het wisselen van terrein. Je moet elke keer het wiel opnieuw uitvinden. Maar deze plek is super.” Zo ziet het er ook uit: rauw en industrieel, maar ook ruimtelijk, vol potentie. En zonnig, vandaag en de komende dagen.
Commercieel
Terwijl we een rondje over het terrein lopen, vertelt Straat dat het festival wordt gerund door vrijwilligers. Zowel op zaterdag als op zondag zijn dat er zo’n 250. Dat scheelt natuurlijk in de kosten, want Kadepop moet het doen zonder subsidie.
Straat: “We worden als te commercieel gezien, maar wanneer ben je commercieel? We hebben in vijf jaar tijd nog niet één keer winst gemaakt, het festival wordt gedragen door ondernemers. Natuurlijk willen we subsidies krijgen, maar bij ons is dat een extraatje. We hebben het geluk dat we de ondernemers achter ons hebben.”
Partners
Daar hebben ze dan ook veel tijd in gestopt. Straat legt uit dat ze voor het eerst dit jaar een business club hebben. “We zoeken partijen die willen investeren in cultuur, maar we schudden elkaar niet alleen de hand op het festival. Door het jaar heen organiseren we events, zoals een proeverij bij Hooghoudt, een meeting bij Bax bier en binnenkort gaan we naar een basketbalwedstrijd van Donar.”
De ondernemers hebben met elkaar gemeen dat ze cultuur tof vinden en daardoor ontstaat er synergie. “Wij brengen ze bij elkaar. Dan is duizend euro, – want dat betalen de bijna tachtig leden ieder – , ook maar weinig geld. Voor ons is het echter van cruciaal belang.”
Straat stopt even met vertellen, want er worden veertig brandblussers geleverd die een plekje moeten krijgen. “Zet ze daar maar neer ja”, gebaart hij. Dan gaat hij verder: “We zijn nu in gesprek met andere culturele partijen om die business club misschien nog wel groter te maken of zelfs een fonds op te richten. Dat is een hele gezonde basis. Het lijkt dan commercieel, maar is dat het? Ik weet het niet, maar ik zie het niet zo. Hoe wij het festival bouwen is absoluut niet commercieel, elke euro die we krijgen wordt afgewogen.”
Ambitie
Willem Straat denkt dat er wel een dag komt dat het festival voor subsidie in aanmerking komt. “Daarmee houden we ook rekening in de programmering. We hebben veel talenten op het podium, al dan niet van Groningse afkomst. Die bands boeken we vaak al voor of rond Eurosonic, dat is altijd een beetje een stunt. Het is ons met De Staat gelukt en bijvoorbeeld ook met Kensington. Ze speelden op Kadepop voor een paar duizend euro. De finalisten van het festivalseizoen willen we hier op het podium en we boeken ze op het moment dat ze nog niet zo groot zijn”.
Daartoe werkt Kadepop ook steeds meer samen met het Europese talentenfestival. Straat: “We hebben goed contact en krijgen elk jaar een klein beetje meer hulp van ze. Ik zie ook nog wel een intensievere samenwerking voor me. Zij zijn de opener van het festivalseizoen en wij sluiten af. Dat is wel een droom waar we naartoe willen en hier kunnen we ons die kant ook op ontwikkelen. We hebben veel ambitie om te groeien. We willen in vijf jaar tijd naar 15.000 bezoekers per dag. Dat kan ook op dit terrein.”
Festival voor bands
Bovendien heeft Groningen behalve Eurosonic/Noorderslag niet echt een festival met bandjes. Natuurlijk is er elk jaar Noorderzon in het plantsoen, maar dat ziet Straat meer als een dorpsfeest waar mensen naartoe gaan om elkaar te treffen.
“Noorderzon is met haar theaterprogrammering wel vernieuwend, maar de kaasfonduetent staat al tien jaar op dezelfde plek en ik denk dat de meeste mensen niet eens letten op welke band er ’s avonds op het Dok speelt. Ik vind dat wij met Kadepop juist wel vernieuwend zijn. Misschien niet voor de mensen die de hele zomer alle festivals af struinen, maar wel voor de gemiddelde Groninger.”
Eigenwijs
Straat zegt dat er intern wel eens wat wrang is over de line-up. “Je kunt voor de makkelijke weg kiezen: als we Guus Meeuwis boeken, komen er heel veel mensen. Ik ben er bijvoorbeeld ook heel erg op tegen om Miss Montreal hier neer te zetten, dan ben je volgens mij de identiteit van je festival kwijt.”
“Ik wil juist dat het publiek komt voor My Baby en dat ze dan hier worden verrast. Veel mensen zitten er niet middenin en kennen die bandjes niet. De bezoekers van Kadepop moeten denken ‘Potverdorie, wat was dat een goede band!’ Die eigenwijsheid van mijzelf zie je wel terug in het festival. Dit jaar pakt het goed uit, de mensen weten nu wat Kadepop is.”
Ook benieuwd naar wat Kadepop is? DATmag doet het hele weekend verslag… jippie ah jeej!
