Jeppe Guitars: ‘Ik maakte vroeger al pijl-en-bogen’

Jeppe Gooskens: frontman van Vikings in Tibet, maar ook bouwer van gitaren. Dikke kwaliteit, komen we achter. Zijn het eigenlijk mannetjes of vrouwtjes? Wat is er mis met een stijve doos en waarom heeft hij in godsnaam nog een hotmail-adres uit de jaren negentig? Hoogste tijd om een bezoekje te brengen aan het kloppende hart van Jeppe Guitars.

Eerst even rondneuzen op zijn website. De smaakvolle foto’s en originele beschrijvingen van gitaren verbleken bij het zien van zijn contactgegevens: jeppedebbedoe@hotmail.com. Potverdikkeme, wat een parel. Nadat ik later die dag door het ouderlijk huis, via de achtertuin in zijn werkplaats aankom, kan ik niet wachten hem te confronteren met deze ogenschijnlijke relikwie uit een ver verleden.

Jeppedebbedoe

“Ga maar alvast zitten.” Hij wijst naar een bankje in de hoek van de schuur. “Nog even wat opruimen, hoor”, zegt hij gehaast. Met verwilderde blik sjouwt hij planken van de ene naar de andere kant van de werkplaats.

 “Ik ben niet altijd zo druk, hoor.” Hij veegt de laatste houtkrullen aan de kant en zet met brede glimlach een stoel tegenover mij. Eindelijk: jeppedebbedoe@hotmail.com, vertel.

‘Als ik mijn e-mailadres opgeef, ben ik mijn jeugd kwijt’

“Haha, het zit zo.” Jeppe veegt wat snippers van zijn geruite bloes, slaat zijn benen over elkaar en zet de verdediging in. “Het is een beetje een trotsdingetje. Ik had een lippiercing en dit e-mailadres.” De ring is inmiddels verdwenen, valt me op.

“Als ik mijn e-mailadres opgeef, ben ik mijn jeugd kwijt”, zegt Jeppe met een serieus gezicht. “Ken je die periode nog, rond je eenentwintigste, toen je verschillende verzoeken kreeg van bekenden die hun rare, oude e-mailadres inruilden voor een serieuze met hun echte naam erin?”

Jeppe kijkt me vragend aan. Natuurlijk weet ik dat nog. Met pijn in ’t hart denk ik terug aan spitfirenirvana@hotmail.com. “Zonde was dat”, gaat hij verder. “Voorlopig blijf ik het met deze doen, totdat het echt niet anders meer kan.” Onze zege heb je, Jeppedebbe.

Dag universiteit, hoi mbo-opleiding

Na het halen van zijn gymnasiumdiploma aan het Praedinius Gymnasium besluit hij geschiedenis aan de RUG te studeren. Erg lang duurt het niet voordat de collegezaal wordt ingeruild voor de keuken.

“Als kok werken was leuk, maar niet mijn droombaan. Daarna ben ik naar Amsterdam gegaan om de mbo-opleiding meubelmaker te volgen.” De ambachtsman is al een halve zin verder voordat ik hem onderbreek. Wacht even: stoppen met een universitaire opleiding en een overstap maken naar het mbo?

Velen zullen die keuze niet direct begrijpen. Jeppes uitleg daarentegen, is kraakhelder en simpeler dan verwacht. “Na een beroepskeuzetest stond meubelmaker bovenaan de lijst en vroeger bouwde ik altijd al boomhutten en pijl-en-bogen. Het is nooit een ingewikkelde beslissing geweest.”

Lekkerder leven

De kersverse instrumentenbouwer start Jeppe Guitars in Groningen. Maar waarom niet in Amsterdam blijven? “Het is hier wat lekkerder leven. In een stad als Amsterdam heb je zoveel opties. Als je geen gebruik maakt van wat de stad je te bieden heeft, word je onrustig. Dat had ik ook.”

“Groningen is perfect”, benadrukt hij nogmaals. Zijn netwerk van vrienden en muzikanten is verweven met het Noorden. Bovendien maakt hij gebruik van de werkplaats achter het huis van zijn ouders. Iets wat onmogelijk is in Amsterdam.

Jeppe Guitars: mannetjes of vrouwtjes?

Achter Jeppe zie ik zijn creaties staan. Stuk voor stuk uniek. Tijd voor de serieuze vragen: mannetjes of vrouwtjes? “Dat ligt eraan.” Hij staat snel op en heeft binnen enkele seconden een exemplaar in zijn hand.

“Deze hier, bijvoorbeeld” Als een sommelier die een exclusieve vino showt, toont hij me een puik afgewerkte, akoestische gitaar. “Typisch een vrouwtje.” Ik herken het snaarinstrument van zijn website. Oh, de Miss. Marble, zeg ik nonchalant. “Ja zeker!”

Inmiddels is de dochter verruild voor een donkere, mannelijkere variant. “Dit is duidelijk een kerel. Het ligt aan de kleur, de houtsoort en het gevoel dat je bij een gitaar krijgt.” Zoals het een goede ouder betaamt, verzint hij de namen zelf: Indian Summer, Miss Marble, Mister Ziricote. “Vet geforceerd natuurlijk, maar nog altijd beter dan een nummer.”

Tallest Man on Earth krijgt een gratis gitaar

Tot nu toe leeft Jeppe grotendeels als kluizenaar in zijn werkplaats. Oefenen tot de kwaliteit constant is. “Dat punt heb ik nu bereikt. Het is goed spul, dat weet ik. Daarom is het nu tijd om naar buiten te treden met mijn merk.” Maar marketing is meer een ‘moetje’ dan passie voor de viking.

De zanger/gitarist speelt zelf op zijn creaties tijdens optredens. Goede reclame an sich, zou je zeggen. Toch laat hij liever anderen met zijn ‘spul’ pochen. “Als Tallest Man on Earth weer in Groningen speelt, geef ik hem een gitaar cadeau”, droomt hij.

Nog geen Tallest Man on Earth, dus. Wel de iets minder talle Sjoerd Vriesema“Op dit moment bouw ik er een voor de frontman van Stuart Mavis“, zegt Jeppe trots. Nice! Volgende keer als de local hero op het podium rockt en het klinkt als een tiet, weten we direct hoe dat komt.

Perfect symmetrisch is een beetje eng

Supertof allemaal, maar er moet wel geld in het laatje komen. “Een gitaar bouwen kost me een maand, dus wil ik er twaalf per jaar verkopen.” Na een simpele rekensom komen we tot de conclusie dat een handgemaakte gitaar al snel een paar duizend euro kost. Een stuk skelet uit je lijf, voor de meeste muzikanten. Toch zijn er goede redenen om zo’n investering te doen.

“Je kunt eindeloos combineren qua samenstelling, zodat je hem helemaal naar eigen voorkeur kunt laten maken. Bovendien is een fabrieksgitaar een beetje.. Ja, hoe zeg je dat.“ Jeppe kijkt smerig naar een imaginary prefab gitaar die hij zogenaamd op zijn knie laat rusten. “Zielloos, dat woord zocht ik.”

Zielloos, maar wel perfect uitgemeten, kaats ik terug. “Kijk, dat is precies het probleem. Elke ronding, elk stukje hout, alles is door machines uitgesneden. Zó perfect dat je het kunt vergelijken met een gezicht dat honderd procent symmetrisch is: een beetje eng. Lelijk zelfs.”

Onder de handgemaakte gitaren zijn die van Jeppe bijzonder door de traditionele afwerkingstechnieken en lakken. “Vintage is een beetje een vies woord. Zo cliché. Oude gitaren kun je niet nieuw maken, maar door bepaalde technieken te gebruiken, kom ik wel in de buurt, qua karakter.”

Stijve doos

Op het moment dat ik ons gesprek wil afronden, staat de instrumentenbouwer op en loopt naar de andere kant van de werkplaats. Daar tovert hij een oude gitaar tussen een stapel hout vandaan. “Nog even over die prefab gitaartjes: dit is de eerste gitaar die ik kocht.”

Ik krijg een beschadigde, westerse gitaar aangereikt. “Voel je dat”, vraagt hij. “Zwaar, of niet?” Ondertussen duwt hij me een handgemaakte in de andere hand, waarna het verschil duidelijk voelbaar is.“Ze maken die gitaren veel te stevig omdat ze bang zijn dat ze anders kapot gaan”, gaat hij verder.

Voordat ik kan vragen wat daar erg aan is, krijg ik de verklaring al. “Dat gaat ten koste van de klank. Die doos is veel te stijf”, zegt Jeppe terwijl hij de gitaren weer uit mijn handen pakt. Ik snap het: niemand wordt blij van een stijve doos. Ik stel voor om daarmee af te sluiten. “Ja, prima conclusie.”

Met zijn talent en toewijding lijkt het een kwestie van tijd voordat het merk een gevestigde naam is. Eerst in Groningen. Daarna in de handen van bekende gitaristen, via de grote zalen in Nederland de grens over. Jeppe Guitars: Made in Grunn.

Foto’s door the man, the myth, the Bolderdijk

Meer In gesprek met

Nieuwste