Hoe is het om als vrouw succesvol te zijn in een branche die vooral wordt gedomineerd door mannen? We hebben het over vrouwelijke krachten en mannelijke energieën. Wat betekent dat? Je gender hoeft uiteindelijk helemaal niks over je gedrag te zeggen. Maar wie je echt bent, dat valt niet te omschrijven volgens Marije. In dit interview gaan we de diepte in.
Ik zit aan de keukentafel met een glas thee in mijn handen. Op de tafel ligt een pakje Marlboro en een aansteker. Marije zit tegenover mij met een sigaret in haar hand. Een voormalig belastingkantoor dient nu als creatieve broeiplek van haar decoratiebedrijf Coco Nuts Productions. Het jaar rond verzorgt zij met haar deco-team de aankleding voor diverse evenementen. Geheel in thema als dat nodig is. Congressen, beurzen, concerten, winkelcentra, restaurants, niks is te gek.
Knokken
It’s a man’s world, in de evenementenbranche, maar Marije is helemaal ingeburgerd na zeventien jaar. Waar ik benieuwd naar ben; hoe werd er eigenlijk tegen je aangekeken toen je net begon? Marije neemt een slok van haar thee en staart even de ruimte in.
“Je moet jezelf bewijzen als je nieuw bent. Als ik op een locatie aankwam waar een feest aangekleed moest worden, dan liepen daar veel ruige roadies rond, maar weinig vrouwen. Kwam ik aan, met m’n grote bus waar vervolgens vijf meiden uitstapten.”
Ze lacht even, alsof ze het beeld voor zich ziet. “Daar werd vooral in de eerste jaren wel gek van opgekeken. Maar inmiddels heb ik mijn plek wel gevonden. Iedereen moet zich aan het begin van zijn carrière bewijzen. Het maakt niet uit of je man of een vrouw bent.”
A man’s job
Het verschil in geslacht heeft volgens Marije wel zijn voordelen. “Als ik iets niet kan, dan vraag ik makkelijk om hulp. Dat is een voordeel. Ik doe lekker de dingen waar ik goed in ben. Kabels, knoppen en techniek, daar weet ik niks van. Mannen hebben misschien iets meer moeite om daar hulp bij te vragen. Want tja, zij zien dat natuurlijk als een man’s job.”
Met opgetrokken wenkbrauwen neemt ze een hijs van haar sigaret. Langzaam blaast ze de rook uit. Glimlachend luister ik naar Marijes verhaal. Andersom zouden vrouwen dat waarschijnlijk ook niet zo makkelijk doen. Iets uit handen geven wat een vrouw zou ‘moeten’ kunnen.
Balans
Ik ben wel heel benieuwd wat vrouwelijkheid voor mijn gesprekspartner betekent. De antwoorden komen snel. Ze heeft hier duidelijk goed over nagedacht. Marije ziet een individu als een samenspel van energieën. “Het gaat heel erg om balans”, zegt ze.
“Iedereen is zowel mannelijk als vrouwelijk. Als het goed is zijn beide energieën vertegenwoordigd. Een vrouwelijke energie stroomt zacht en liefdevol. Met die vrouwelijke energie doe ik mijn werk, afgewisseld met mannelijke energie.”
De bouwvakker vs. de vrouwelijke touch
Maar wat is mannelijke energie dan? “Bij mij uit zich dat in fysieke kracht en manifestatie. Die energie gebruik ik in mijn werk met het opbouwen van decors, als ik meubels aan het tillen ben, op ladders grote ornamenten ophang en dat soort dingen. Dat is die bouwvakker die in mij zit.”
“De mannelijke energie uit zich in daadkracht, pak ik aan. Mijn vrouwelijke energie is vloeiend, creatief en sfeergevoelig. De vrouwelijke touch zoals ze dat ook wel zeggen. En dat is evenmin zo belangrijk. Want, zonder sfeer is er geen feest.”
Stereotype
Ja precies, knik ik. Het kwartje valt, maar haar beschrijving neigt wel erg naar het stereotype beeld wat we hebben van mannen en vrouwen. De mannen bouwen het huis en de vrouw zorgt voor de gordijnen en de kaarsjes. “Het lijkt alsof dat minder waard is, maar zo moet je het niet zien”, zegt Marije.
“Vrouwen zijn gezegend met bepaalde krachten zoals bijvoorbeeld een groot empathisch en zorgzaam vermogen, dat moet je niet onderschatten. Een man kan niet zonder zijn vrouwelijke energieën. Een vrouw niet zonder haar mannelijke krachten.”
Een wereld op zich
Ze zit laid-back weggezakt op een oude kantinestoel met haar benen over elkaar. Ik begrijp Marije haar filosofie wel. Zelf had ik hier nog nooit op deze manier tegenaan gekeken. Er valt een kleine stilte. Ondertussen kijk ik wat rond. In mijn ooghoeken glinsteren een paar witte rendieren.
In de hoek staan geschilderde lampen gemaakt van oude etalagepoppen. Aan de muur hangen grote doeken met surrealistische en kleurrijke schilderingen. Eigenlijk wil je alle spullen even van dichtbij bekijken. Maar daarvoor ben ik hier niet.
Brandweervrouw, model of powervrouw
Er is een filosoof die ooit heeft gezegd dat we worden gemaakt tot vrouw. Dit begint al met de manier hoe je ouders met je omgaan, denk ik. Heb jij geleerd om ‘vrouw’ te zijn? “Ik heb mezelf aangeleerd om een powervrouw te zijn.”
“Mijn vader verongelukte op jonge leeftijd. Mijn moeder moest ineens alleen vijf kinderen opvoeden. Mijn grote voorbeeld, mijn moeder, heeft toen een knop om moeten zetten. Zij schakelde in de overlevingsmodus, deed wat er gedaan moest worden. Het gedrag van mijn moeder heb ik onbewust gekopieerd. Nu, op deze leeftijd ben ik erachter gekomen dat je niet altijd sterk hoeft te zijn. Mijn zwaktes hebben mij geleerd wie ik in wezen ben.
De luchtige toon wordt langzaam serieuzer wanneer Marije haar verhaal verder verteld. “In mijn leven heb ik veel verschillende rollen gespeeld. De rol van brandweervrouw, model, powervrouw en tientallen andere. Na een existentiële crisis een paar jaar geleden heb ik eindelijk de vingerafdruk van m’n ziel gevonden. Ik weet wie ik echt ben. Die rollen hoef ik niet meer te spelen. Ook niet de rol van een powervrouw, want dat ben ik eigenlijk helemaal niet.”
Een staat van zijn
Dat vind ik best dapper om dat te ondervinden. Dat je je zwaktes en onzekerheden durft te laten zien. Ik denk dat we allemaal stiekem een rol spelen in het leven, zonder dat we het door hebben. Of dat nou de rol van een man of een vrouw is of wat anders.
“Weetje Myrna, alles wat ik doe is een stukje van mezelf. Mijn echte zelf. Mannelijkheid en vrouwelijkheid is een concept. Maar wie je echt bent, is dat niet. Dat zou je ook niet kunnen verwoorden. Het is een staat van zijn.”
Stof tot nadenken
Ik knik, want daar gaat het om, wie je echt bent. En het gaat niet over in welk lichaam je bent geboren en wat voor regels wij daar aan hebben gekoppeld. Snel drink ik mijn inmiddels koud geworden thee op en samen lopen we het atelier uit.
Tussen alle dozen gevuld met kerstballen, grote sierpilaren en kunstbomen, bedank ik Marije voor ons bijzondere gesprek. Als ik het pand uitloop zit mijn hoofd weer vol nieuwe vragen. Die bewaar ik voor mijn volgende gesprekspartner: muzikant Inge van Calkar.
Foto’s: Myrna Atsma